zondag 22 mei 2011

Verwerken van verplichte literatuur: De ideeën van de Vlaamse politieke partijen over onderwijs

Bij het doornemen van deze informatie heb ik vooral gelet op volgende leerpunten:
* wat zijn de belangrijkste agendapunten van de Vlaamse politieke partijen i.v.m. onderwijs,
en meer belangrijk voor mijn onderzoek:
* wat is hun standpunt wat betreft actief burgerschap?

Ik ben tot het inzicht gekomen dat de meeste Vlaamse partijen – mits een paar onderlinge verschillen – toch vrij gelijklopende ideeën hebben over onderwijs. Enkel het Vlaams Belang is een buitenbeentje en verschilt fundamenteel in zijn ideeën met de andere partijen.

De Vlaamse partijen zijn zich bewust dat het onderwijs een belangrijke pijler van onze maatschappij vormt. Wanneer we investeren in een goede opleiding van kinderen en jongeren komt dat het toekomstig welzijn van Vlaanderen ten goede. Zo wil de Sp.a bijvoorbeeld meer investeren in kwalitatief technisch- en beroepsonderwijs dat aansluit bij de noden van de arbeidsmarkt.

Enerzijds moet er dus geijverd worden voor hoogstaand onderwijs. Anderzijds moet dit kwaliteitsonderwijs beschikbaar zijn voor iedereen. Elk kind is gelijk en moet gesteund worden, ook die kinderen die door omstandigheden meer aandacht en steun nodig hebben. Elk kind moet de kans krijgen zich maximaal te ontplooien. Kortom, het onderwijs moet uit ieder kind het beste kunnen halen.

De Vlaamse politieke partijen – uitgezonderd het Vlaams Belang – ijveren voor gelijke kansenonderwijs. Dit uit zich vooral in extra begeleiding en ondersteuning voor kinderen uit kansarme gezinnen, kinderen met specifieke noden en kinderen met leerproblemen. Zij mogen niet in de kou blijven staan. GROEN bijvoorbeeld wil gelijke onderwijskansen realiseren door kleinere klassen te maken zodat de leerkracht de tijd heeft om tegemoet te komen aan de noden van de individuele leerlingen. Open Vld en Sp.a wilen gelijke startkansen realiseren door ervoor te zorgen dat alle kleuters naar school gaan. Ook Vivant pleit voor een degelijke begeleiding van kansarme kinderen tijdens kleuter- en lager onderwijs. Ik kan deze voorstellen alleen maar toejuichen. Hierdoor krijgen zwakkere kinderen de steun die ze nodig hebben en worden schoolproblemen zoals leerachterstand en voortijdig schoolverlaten vermeden.
Een andere manier om gelijke kansenonderwijs te garanderen is het leerplichtonderwijs kosteloos te maken en het hoger onderwijs toegankelijk te houden voor kansarmen en allochtonen door middel van organisatorische en financiële maatregelen.

De meeste Vlaamse partijen (o.a. CD&V, NVA, Spirit en Vivant) zijn voorstander van het inclusief onderwijs. Dit zorgt voor een maximale toegankelijkheid van het onderwijs voor kinderen met een handicap of met leerproblemen. Ikzelf ben voorstander van inclusief onderwijs. Door kinderen met specifieke noden op te nemen in het gewone onderwijs verhoogt men de kansen op integratie én acceptatie van deze kinderen. Kinderen leren zo al op jonge leeftijd dat alle mensen verschillend zijn en dat ze daar op een positieve manier mee kunnen om gaan. NVA en GROEN pleiten ook voor meer pluralisme in het onderwijs. Dit is onderwijs dat het bestaan van verschillende geloofsovertuigingen naast elkaar erkent en ze plaats geeft in het onderwijsprogramma. Ik vind dit aspect ook belangrijk want geloof is nu dikwijls een grond van discriminatie. Meer openheid en tolerantie tegenover andere godsdiensten zou het samenleven van de verschillende bevolkingsgroepen in onze maatschappij ten goede komen. Ook hier deelt het Vlaams Belang niet de mening van de andere partijen. De partij is gekant tegen pluralisme en wil dat de allochtonen zich de Vlaamse eigenheid eigen maken.

Leerkrachten spelen een grote rol in de kwaliteit van het onderwijs. Daarom is het belangrijk dat leerkrachten professioneel opgeleid worden en ze blijvend kunnen rekenen op ondersteuning en bijscholing. Tijdens de lerarenopleiding moet er naast theorie ook voldoende aandacht besteed worden aan praktijkervaring. Sp.a en GROEN pleiten voor langere stageperioden waarbij de aspirant-leerkrachten volledig worden ingeschakeld in het onderwijsproces. Spirit en SLP vinden dat leerkrachten beter moeten worden voorbereid op de diversiteit van de leerlingen waarmee ze in contact zullen komen. De NVA ijvert op zijn beurt voor meer gecoördineerde nascholing.

Een aantal partijen (o.a. Spirit, GROEN) pleit voor meer inspraak voor alle actoren binnen het onderwijs: leerkrachten, directie, ouders èn ook leerlingen. Door het opstarten van bijvoorbeeld een leerlingenraad kunnen de leerlingen enerzijds beter geïnformeerd worden over het schoolbeleid, anderzijds krijgen ze ook meer inspraak op klas- en schoolniveau. Ik sta achter het principe dat participatie de motivatie versterkt. Leerlingen gaan gemotiveerder naar school als ze het gevoel hebben dat de school met hen rekening houdt. Leerlingenparticipatie betekent echter niet dat de leerlingen het voor het zeggen hebben. Neen, het doel van de participatie is dat de leerlingen zich betrokken voelen bij wat op school gebeurt. Doordat ze leren samenwerken met directie en leerkrachten, leren ze rekening houden met verschillende meningen. Zo werken de leerlingen niet alleen aan een betere school voor iedereen maar krijgen ze ook een belangrijke les in maatschappelijke vorming.

En zo kom ik tot – voor mijn project – het belangrijkste agendapunt van de Vlaamse partijen over onderwijs. De overheid verwacht duidelijk van scholen dat zij aandacht besteden aan de opvoeding tot burgerzin. Kinderen en jongeren moeten zich een besef van onderlinge afhankelijkheid en een gevoel van sociale rechtvaardigheid aankweken. Onderwijs kan hierin een cruciale rol spelen. Onderwijs is dus niet enkel en alleen kennisoverdracht! Naast kennisoverdracht moet er ook aandacht besteed worden aan sociale vaardigheden.

Volgens GROEN moet de school een positieve spiegel van de diversiteit van onze interculturele samenleving zijn. Ik steun deze mening. Door inclusief en pluralistisch onderwijs te implementeren, maken kinderen kennis met alle bevolkingsgroepen en -lagen in de maatschappij. Ze leren van jonge leeftijd positief om te gaan met deze diversiteit. Dit sociaal engagement moet echter niet beperkt blijven tot de eigen samenleving, maar een globaal karakter krijgen. Zo voeden we kinderen op tot wereldburger.De NVA en Open VLD verlangen dat er extra aandacht besteed wordt aan het doorgeven en ontwikkelen van waarden en normen. Kinderen moeten reeds van jonge leeftijd leren wat goed en wat onaanvaardbaar gedrag is. Ze moeten opgevoed worden tot morele mensen die respectvol met andere mensen omgaan. SLP en Spirit zouden graag zien dat de kennisvakken beperkt worden tot 22 uren zodat er meer tijd vrijkomt voor sociale activiteiten die waarden zoals verdraagzaamheid en internationale solidariteit aanwakkeren. Verder moet het onderwijs nieuwe competenties (o.a. ICT) aanleren die kinderen helpen hun weg te vinden in de geglobaliseerde wereld.

De belangrijkste ideeën die ik wens te onthouden uit dit onderdeel zijn:

* de overheid verwacht van scholen dat ze aandacht besteden aan het thema “opvoeden tot burgerzin”,
* het onderwijs speelt een belangrijke rol in die opvoeding tot actief burgerschap,
* naast kennis moeten ook waarden en normen worden doorgegeven aan de leerlingen,
* de opleiding tot leerkracht en de nascholing van leerkrachten moet hierop inspelen.

Bron: http://www.kuleuven.be/thomas/algemeen/actualiteit/dossiers/verkiezingen/

2 opmerkingen:

  1. Voor dit project ben ik terug van nul begonnen. Het oude document is verwijderd.
    De inhoud is volledig herwerkt en de tekst is in zijn geheel herschreven.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. deze verwerking is beter
    een aantal bronnen zijn te letterlijk overgenomen, zie feedback vorige keer
    niet alle verplichte bronnen staan erop, logboek...

    BeantwoordenVerwijderen